Het Jenaplanconcept is een concept waarin relaties centraal staan: de relatie van het kind met zichzelf, de relatie van het kind met de ander en de relatie van het kind met de wereld. Vanuit deze relatie willen we kinderen leren vanuit eigen overtuiging keuzes te maken, een doel dat binnen onze samenleving steeds belangrijker wordt. Het gaat hie​r bijvoorbeeld over normen en waarden. Normen zijn gedragsregels, afspraken die met elkaar worden gemaakt om de leefbaarheid binnen de groep of de school goed te houden. Waarden gaan dieper, hebben te maken met hoe je bent en wat je voor jezelf, de ander en het andere belangrijk vindt.

Het filmpje​ onderaan deze pagina geeft kort maar helder weer waar Jenaplan onderwijs voor staat.

Gesprek, spel, werk en viering

Door middel van het afwisselen van
de basisactiviteiten gesprek – spel – werk – viering
wordt vorm gegeven aan de dag.

Gesprek

Het gesprek wordt met elkaar gevoerd over tal van zaken. Gesprekken kunnen gevoerd worden naar aanleiding van een actualiteit, een feest, een situatie op het plein en vanzelfsprekend ook over het thema waaraan gewerkt wordt. De kern is om via het gesprek te leren van en over elkaar, om op die manier samen tot iets moois te komen.

Spel & Werk

Tijdens spel en werk komen alle vakgebieden aan bod. Kinderen leren van spelen en werken als ze dit met plezier en vol overgave kunnen doen. Ze zijn dan gemotiveerd en betrokken.

Door de doelen van een activiteit duidelijk voor ogen te hebben, voor zowel het kind als de leerkracht, willen we de betrokkenheid en motivatie vergroten.

Op de Wilgetoren wordt hier veel aandacht aan besteed. Iedere les of activiteit begint met het bespreken van het doel van de les. Wat gaan we doen, waarom gaan we dit doen en wat willen we bereiken.

Vieringen​

Tijdens de vieringen delen we met elkaar wat we geleerd hebben. Dit doen we in de groep aan het eind van iedere dag, maar ook ter afronding van de verschillende lessen.

Iedere vrijdag komen we met alle kinderen van de school bij elkaar om aan elkaar te laten zien wat er geleerd, gedaan, gemaakt, gezongen is. We delen met elkaar wat we doen en leren op school. De vieringen hebben vooral als kenmerk dat we (belangrijke) gebeurtenissen die er toe doen met elkaar delen. Dit kan gaan over bijzondere, fijne, blije of verdrietige dingen. Ook dit gebeurt allemaal vanuit de idee dat we ‘samen horen’.